TOESPRAAK VAN NANDA VAN DEN BERG

(DIRECTEUR VAN MUSEUM/HUIS MARSEILLE)

BIJ DE OPENING IN DE FONTANA GALLERY

Dames en Heren, mijn naam is Nanda van den Berg en ik ben directeur van Huis Marseille, Museum voor fotografie. Ons museum heeft in 2014 met veel genoegen het werk van Frans Beerens getoond. En dat, terwijl wij een museum voor fotografie zijn. Terwijl het werk van Frans als ' weefsel ' kan worden gekenmerkt. Waarom was dit toch een ' perfect match ' ? Wat zijn eigenlijk ' material photographs ' , de term waaronder Beerens werk bekend staat ?

We staan hier tussen de weefsels. Het zijn wandkleden die passen in een groot kunsthistorische traditie. De traditie die grofweg loopt van de Middeleeuwen tot de meest recente beeldende kunst. Internationaal bekende fotografen zoals Craigie Horsfield zijn een aantal jaren geleden ook begonnen hun foto's om te zetten in gobelinachtige wandtapijten. Ik herinner me een museumzaal in Basel, een aantal jaren geleden, die behangen was met Horsfields monumentale tableaus. Ze voelden als de tapis de Bayeux. Het waren voorstellingen van bekapte figuren tijdens een processie of een samenkomst in kathedralen. Tenminste zo herinner ik me dat.

De beelden van Frans zijn anders. Het zijn stoffelijke weefsels, maar ze zijn tegelijkertijd puur fotografisch. Het draait om het fotografische. Aan elk werk ligt een analoge foto ten grondslag. Dat is het echte, analoge, ouderwetse fotografische procedé, dat in ons huidige tijdperk razendsnel door de digitale fotografie wordt vervangen en met uitsterven wordt bedreigd. In het museum uiteraard wordt dit proces juist gekoesterd.

Het verschil tussen het werk van Frans en de door mij hiervoor genoemde min of meer ' dode gobelins ', ligt er in mijn idee in dat Frans beelden maakt van de kracht van de natuur. Gemaakt met een analoge camera zijn die foto's die de basis voor de weefsels vormen, ontstaan uit puur natuurlijk licht dat inwerkt op film.
De wereld zelf, beeldt zich af via haar licht dat binnenstroomt door de camera. Dat licht wordt opgevangen door gevoelige emulsie. Het is een vingerafdruk van de wereld zelf die op film wordt vastgelegd.
Frans maakt zijn foto's veelal tijdens Europese reizen, en vaak op vergankelijke plekken : een verlaten stortplaats in Antwerpen, een vergaan muurtje in Portugal, een varkenskot in Slowakije, een dood mijngebied in Spanje, stenen, bomen. Daarna zet hij de foto's om in computerbestanden. Met de computerbestanden ging hij op de weefmachines van het Textielmuseum in Tilburg experimenteren.

Het zijn deze op foto's gebaseerde weefsels die zo tactiel zijn dat men er eindeloos naar blijft turen en de die uitnodigen om ze te beleven. Weefsels die van afstand op foto's lijken maar van dichter bij de indruk geven dat men op de plek zelf is. Dit wordt opgeroepen door de structuurverschillen die worden veroorzaakt door het gebruik van verschillende soorten garens, die daardoor visueel materie suggereren. Zoals mogelijke afzettingen op oude stenen trappen en muurtjes. In een oud Portugees stadje bijvoorbeeld, waardoor men het gevoel krijgt er zelf te zijn en de zee te ruiken.

Bij Huis Marseille kwamen wij er toevallig achter dat vanuit een andere hoek bekeken, in dit geval schuin vanuit het raam van het toilet dat grenst aan de museumzaal, er een nieuwe dimensie aan de diepte van het werk werd toegevoegd. Er ontstaat dan zelfs een gevoel van drie dimensionaliteit.

Wat is dan het verschil met de eerder genoemde wandtapijten ? Het verschil is dat Frans Beerens, via de analoge fotografie, een imprint maakt van het leven zelf, en in zijn geval is dat leven de alom aanwezige kracht van de natuur. De aanrollende zee, die alles overspoelt en verweert. Structuren van bouwsels die één worden met het landschap. Een waterput die de navel van de wereld blijkt te zijn.

Beerens vangt die kracht van de natuur, eerst op film en daarna probeert hij die kracht te beheersen door het gevangen licht, de indruk die de natuur zelf achterliet, om te zetten in tactiele weefsels. Zo beheerst Beerens in 460 tinten grijs een klein stukje van dat onbeheersbare van het leven. Hij schept een kader om die natuur te kunnen temmen, en tegelijkertijd weer tot leven te brengen.
Op zijn geheel eigen manier. Als een material photograph.